Maeckes logo

<    1      2      3      4      5      6    >


Combinaties

Met combinaties kun je binomiaalcoëfficiënten uitrekenen. Je schrijft het als

 


Uitleg

We nemen de vierde macht van het binomium omdat daarmee alles duidelijk wordt

Elke term heeft de algemene vorm

Coëfficiënt  ×  an−rbr

De binomiaalcoëfficiënten kun je berekenen met de formule

daarin is

n = som van het aantal a's en b's
r = aantal b's

Er is dus een verband tussen de coëfficiënten en de exponenten in de termen. We gaan elke term apart in detail onderzoeken, om te zien wat hier achter verborgen zit. In de eerste term a4 staat geen b, wat je alleen maar kunt schrijven als

aaaa

zodat

In de tweede term  a3b staat 1 b, wat je kunt schrijven als

baaa, abaa, aaba, aaab

zodat

In de derde term a2b2 staan 2 b's, wat je kunt schrijven als

aabb, abba, bbaa, abab, baba, baab

zodat

In de vierde term ab3 staan 3 b's, wat je kunt schrijven als

abbb, babb, bbab, bbba

zodat

In de vijfde term b4 staan 4 b's, wat je alleen maar kunt schrijven als

bbbb

zodat

Je had ook mogen zeggen r = aantal a's, want dat maakt in de formule voor de coëfficiënten geen verschil.

 


Deutsch   English   Español   Français